Persoonlijke getuigenis in kerkdienst (3)

Aandacht voor gevoel en beleving in eredienst
Hiervoor zei ik het al, Gunnink vraagt zich in ‘Thuis in Gods huis’ af en hij vraagt het op die manier ook aan ons: “Hoe komt het, dat heel wat volwassenen en nog meer jongeren vertrekken naar gemeenten waar de beleving meer de ruimte krijgt? Is dat niet gewoon, omdat we te weinig de emotie een plaats durven geven?” De vraag is des te indringender als we bedenken dat eredienst en prediking die de geheimen van het hart bereiken, die verder gaan dan het verstandelijke en rationele, dat die eredienst en prediking als het ware een bovennatuurlijk kenmerk hebben.[1] Ze brengen het gevoel van de aanwezigheid van God. Gevoel en beleving zijn belangrijk om de blijde boodschap te laten landen in de harten van mensen en om de aanwezigheid van God te ervaren. Alleen het (verstandelijk) weten dat God aanwezig is, is niet genoeg.

Is dat ook niet wat De Bruijne zei tijdens zijn inauguratie als hoogleraar? Verstand en wil hebben gevoel nodig. Kennis zonder gevoel is geen echte kennis. Wil zonder gevoel is onmogelijk. Ditzelfde geldt voor geloof: geloof is vooral affectief. “Alleen wie ook gevoelsmatig geraakt is door Christus, komt in beweging naar Christus en gaat lijken op Christus.” Alleen maar rationeel en objectief kijken naar de luister van de Heer, zonder onder de indruk te komen van die luister (zijn heerlijkheid), zal niet leiden tot een gaan lijken op Christus (naar 2 Korintiërs 3 : 18).[2] Een persoonlijke geloofsgetuigenis kan er aan bijdrage, dat de hoorder gevoelsmatig geraakt wordt. Gunnink vraagt hoe wij het heilzame van de leer kunnen overbrengen naar mensen van vandaag. In lijn met het voorgaande is een deel van het antwoord: door meer dan wij nu doen gevoel een plaats te geven in de eredienst.

[1] Een kerk die prikkelt – Graham Tomlin – pagina 139.
[2] Het Nederlands Dagblad – De Bruijne verbindt tradities – 6 februari 2009

Reacties

Veel gelezen berichten

Vergeving is goed, maar verzoening is beter

Bevrijd van jezelf

De GKv moet verder met één predikant minder