Onvrede: woorden en daden

In mijn vorige blog haalde ik Keller aan, die in zijn boek ‘In alle redelijkheid’ schrijft, dat een christen niet zonder een kerk kan. Niet zonder een deelnemen aan een gemeenschap van gelovigen. Daarmee blijft er nog wel een vraag over en wel de vraag die Leonie m.i. stelt in haar reactie op mijn blog ‘De kerk: er bestaat geen alternatief’. Die vraag is: Wat moet ik nu doen als ik het niet meer volhoud in de (plaatselijke) kerk waarvan ik lid ben? Ik schreef al, dat ik in een aantal blogs terug zou komen op deze reacties. Hier mijn eerste blog.

Het valt mij op, dat er behoorlijk wat verontruste broers en zussen zijn onze gemeente. Nu wil ik zo graag dat ze hun zorgen en verontrusting onder woorden brengen, er woorden aan geven. Waarom? Om zo kenbaar te maken wat zij als probleem, als knelpunt ervaren in de gemeente. Want als ze het niet onder woorden brengen, als het gesprek niet gevoerd wordt over dit soort zaken, dan zal er zeker geen veranderingen (menselijker wijs gesproken) optreden. Dan komen mensen op een gegeven moment als vanzelf uit bij de vraag: Ik houd het niet meer vol, wat moet ik doen?

Soms zie ik verontruste gemeenteleden die hun verontrusting hier en daar wel voorzichtig onder woorden brengen, maar die woorden zo weinig omzetten in daden. Die zo weinig daadkracht ontplooien om de door hun gesignaleerde knelpunten in het kerkelijk leven onder de aandacht te brengen, gesprekken er over aan te gaan met kerkenraad en er alles aan te doen om hier verandering in te bewerkstelligen. En dan min of meer plotseling vertrekken naar een andere gemeente. Maar als een gemeente je aan het hart gaat, mag toch van je verwacht worden dat je werk maakt van je onvrede en verontrusting allereerst in je eigen gemeente? Trek aan de bel! Breng het onder woorden! Klim in de pen! Voeg de daad bij het woord.

Dit heeft natuurlijk ook een andere kant. Woorden en daden zijn ook voor kerkenraad en predikant onlosmakelijk met elkaar verbonden. Gemeenteleden voelen soms feilloos aan als woorden en daden niet met elkaar in overeenstemming zijn. De geloofwaardigheid van kerkenraad en predikant staat op het spel als woorden niet concreet gemaakt worden (in de vorm van daden) of als woorden en daden niet sporen met elkaar. Soms worden er wel woorden uitgewisseld, maar vindt er niet echt een gesprek van hart-tot-hart plaats. Toch zijn zulke van-hart-tot-hart gesprekken typisch iets wat hoort bij kerk-zijn. Gemeenteleden mogen terecht verwachten dat op die manier het gesprek gevoerd wordt.

De volgende blog zal in dit verband gaan over het thema ‘vertrouwen’.

Reacties

  1. Hoi Arjan,
    Dank dat je er zo mee bezig bent. Je hebt mn vraag goed begrepen!
    grt, Leonie

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Veel gelezen berichten

Vergeving is goed, maar verzoening is beter

Bevrijd van jezelf

De GKv moet verder met één predikant minder