Eindelijk thuis: autonomie
Hans Groeneboer schrijft in zijn boek ‘Leven of overleven’
over de autonomie van de mens. Hans schrijft dat God de mens het vermogen gaf
een eigen autonomie te hebben. “Dat wil zeggen dat de kracht en autoriteit in
de mens aanwezig zijn om een eigen weg te gaan.” De mens krijgt de ruimte om in
vrijheid eigen keuzes te maken ook als deze tegen de wil van God ingaan.
Vanwege die autonomie konden Adam en Eva in het paradijs kiezen te eten van de boom van de kennis van goed en kwaad.
Bij het lezen van het boek ‘Eindelijk thuis’ van Henri
Nouwen valt mij op dat hij de autonomie van de mens regelmatig terug laten
komen. Hij schrijft over de ruimte bij mensen om eigen keuzes te maken en over vrijheid.
Wat voorbeelden:
· “Maar de Vader kon zijn kind niet dwingen thuis
te blijven. Hij kon zijn geliefde zoon zijn liefde niet opdringen. Hij moest
hem in vrijheid laten gaan, ook al voelde Hij de pijn die dat bij zijn zoon en
bij Hemzelf zou veroorzaken.”
· “Juist het verlies van zijn waardigheid als
zoon, bracht hem tot het besef van zijn ware identiteit. (…) Op grond van dit
besef koos hij het leven in plaats van de dood.”
· “Ik kwam tot de kern van de zaak, tot de keuze
die voor ieder mens de beslissende keuze is. God zegt: ‘Het leven en de dood
stel Ik u voor, de zegen en de vloek; kies dan het leven, door de Here, uw God,
lief te hebben, naar zijn stem te luisteren en Hem aan te hangen, want dat is
uw leven.’”
· “Het licht op zijn gezicht maakt duidelijk dat
ook hij (AG: de oudste zoon) geroepen is tot het licht, maar hij kan niet
gedwongen worden.”
· “Anders dan een sprookje kent de gelijkenis geen
goede afloop. Hij plaatst ons oog in oog met een van de moeilijkste geestelijke
keuzes van het leven. Ikzelf ben de enige die die keuze kan maken.”
· “De liefde van de vader dwingt niet. Hoewel hij
niets liever wil dan ons van onze innerlijke duisternis genezen, blijven we
altijd vrij om onze eigen keuze te maken: in de duisternis blijven of in het
licht van Gods liefde treden.”
· “Ik kan altijd kiezen tussen wrok en dankbaarheid,
want God is in mijn duisternis verschenen. (…) Kiezen voor dankbaarheid gaat
nooit zonder inspanning.”
· “Zijn liefde (AG: de liefde van de vader)
schenkt de vrijheid om haar af te wijzen, dan wel met wederliefde te
beantwoorden.”
· “Elk moment van de dag sta ik voor de keuze:
cynisme of vreugde.”
Autonomie is als het ware één kant van de medaille. Henri
schrijft ook over de andere kant. “Wat ik als jongste zoon inzag, zie ik nu,
als de oudste zoon, nog veel duidelijker in: ik kan mezelf niet genezen. (…) Ik
kan alleen van bovenaf genezen worden, als God van boven tot mij komt. Wat voor
mij onmogelijk is, is mogelijk voor God.” “Ik moet gevonden en thuisgebracht
worden door een herder die naar mij op zoek gaat. Het verhaal van de verloren
zoon is het verhaal van een God die mij zoekt en die niet rust voordat hij mij
gevonden heeft.” “Hoewel God de Vader Zelf naar ons toekomt om ons te vinden en
thuis te brengen, moeten wij bereid zijn om ons te laten vinden en
thuisbrengen.” En deze laatste zin zie je beide aspecten terug: Gods werk en
mensen werk (autonomie).
Reacties
Een reactie posten