Posts

Posts uit augustus, 2021 tonen

Preken op hartsniveau

Tim Keller schreef het boek Preken – Geloof overbrengen in een sceptische tijd . De ondertitel geeft al aan, dat het boek niet alleen over preken gaat. Iets wat doorgaans door een predikant wordt gedaan. Het boek is voor “iedereen die worstelt met hoe je op wat voor niveau dan ook de levensveranderende boodschap van de Bijbel moet overbrengen op mensen in een tijd die steeds sceptischer wordt”.   Hoofdstuk 6 – Christus verkondigen en het hart aanspreken gaat wel specifiek over preken. Keller omschrijft het doel van een preek als volgt: “Dus het doel van de preek kan niet zijn alleen maar de waarheid helder krijgen zodat het verstand die kan begrijpen, maar ook ervoor zorgen dat de waarheid begrepen wordt en werkelijkheid wordt op hartsniveau”. Preken moet aankomen op hartsniveau. Er moet zo gepreekt worden, “dat mensen ‘diep in het hart geraakt’ worden”. Waarom? Omdat dat wat het hart raakt ook de gevoelens en het gedrag zal bepalen.   Vervolgens voert Keller Jonathan Edwards (met

De toegevoegde waarde van een christelijke identiteit

Ik schreef in mijn vorige blog over je Zelf (je identiteit) in relatie tot het christendom. Over zelfexpressie, zelfvalidatie en de ultieme vorm van zelfvalidatie zoals het christendom die aanreikt. Keller gaat in een ander boek van hem (Bij je volle verstand – een uitnodiging voor sceptici) verder in op deze christelijke identiteit (het Zelf). Hij besteedt in genoemd boek twee hoofdstukken aan identiteit: hoofdstuk 6 over Het probleem van het zelf en hoofdstuk 7 over Een identiteit waar je niet onder gebukt gaat en die anderen niet uitsluit . Hoofdstuk 7 gaat over die christelijke identiteit. Opnieuw de vraag: wat voegt het christendom nu toe aan je identiteit? Structurele (on)zekerheid Het Zelf baseert zich volgens Keller doorgaans op succes of prestatie of op een of andere (liefdes)relatie. Bij relaties kun je denken aan je ouders of je kinderen of je partner. Maar of je van deze relaties bevestiging en erkenning krijgt, is de vraag. Het zijn onzekere bronnen van liefde en waa

Zelfvalidatie en het christendom

Ik schreef in mijn vorige blog over het contextuele begrip zelfvalidatie . Een begrip uit de contextuele theorie van Nagy . Wat voegt het christendom hier nu nog aan toe? Keller geeft een antwoord op die vraag. Zelfexpressie betekent: “Je moet erachter komen wat je dromen zijn, vooral welke het sterkst zijn, en die waarmaken – anders krijg je het gevoel dat je gefaald hebt. Onder dat vooruitzicht worden veel mensen in allerlei sectoren van onze samenleving verpletterd, namelijk daar waar geld, uiterlijk, macht, succes, intelligentie en romantische liefde allemaal niet gewoon goede dingen, maar noodzakelijke identiteitsfactoren worden.” Zelfvalidatie zegt dat je anderen nodig hebt om je Zelf te valideren, van waarde te laten zijn. Om te beseffen dat je waardevol bent. Volgens Keller biedt het christendom de ultieme vorm van zelfvalidatie . Het christendom biedt je de ultieme erkenning – goedkeuring van God aan als hij naar ons kijkt in Jezus Christus. “Het is ‘één zijn met hem,

Zelfexpressie of zelfvalidatie

Ik schreef al eens eerder over het contextuele begrip zelfvalidatie . In het boek Tussen mensen van Nuyts & Sels wordt het begrip zo uitgelegd: het begrip beschrijft het proces “waarbij we onszelf een waarde toekennen en onszelf geldig verklaren. Omdat we echter bestaan bij gratie van de ander, hebben we voor deze validatie van het Zelf de ander nodig. De betekenis die ik mezelf geef en het beeld dat ik over mezelf vorm, komt tot stand in het gebied tussen mensen ”. “De ander fungeert daarbij als spiegel en toetssteen en is onmisbaar om te bevestigen dat we het goed doen. Als iemand onze investering ziet en ontvangt, verzamelen we stempels in het stempelboekje van het leven. Deze stempels verinnerlijken de herinnering dat we waardevol zijn.” De theoloog (!) Tim Keller (in zijn boek: Preken – Geloof overbrengen in een sceptische tijd ) verraste mij met een soortgelijke omschrijving van wat Nagy zelfvalidatie noemt. Die omschrijving doet hij in het hoofdstuk waarin hij onze aand

Het Kwaad

Hoofdstuk 6 van het boek Ontmoetingen met Jezus – Onverwachte antwoorden op grote levensvragen van Tim Keller gaat over het kwaad. De volgende samenvatting of conclusie over het kwaad lees ik in dit hoofdstuk: “De Bijbel zegt dat er meer kanten zitten aan het kwaad, dat het genuanceerder en complexer is dan enkel en alleen uit de natuurwetenschappen valt af te leiden. De Bijbel staat op het standpunt dat er, nog afgezien van onrecht dat inherent is aan bepaalde systemen en van persoonlijke onkunde en van psychologische aandoeningen, in de wereld werkelijk sprake is van kwade geestelijke machten – en dat achter al die machten één bovennatuurlijk meesterbrein zit.” Dat meesterbrein wordt in de Bijbel de Satan of de duivel genoemd. Keller beantwoordt ook de vraag: Wat is het belangrijkste aanvalsfront van Satan? “Mensen die het christelijk geloof afwijzen wil hij vooral geen oog laten krijgen voor wie Jezus werkelijk is.” “Maar diegene onder ons die in principe weten dat we door God

Ontmoetingen met Jezus – antwoorden op levensvragen

Afbeelding
Ik herlas het boek Ontmoetingen met Jezus – Onverwachte antwoorden op grote levensvragen van Tim Keller. In het boek schrijft Keller dat hij persoonlijk tijdens zijn geestelijke ontdekkingsreis het belang van de geestelijke autoriteit van de Bijbel voor het eerst ervoer in de evangeliën. En dan vooral in de gesprekken die Jezus had met mensen: met de sceptische student Nathanaël, met Jezus’ moeder die er op de bruiloft (in Kana) niets van begreep, met de professor in de theologie die ’s nachts bij Jezus langskwam (Nikodemus), met de Samaritaanse vrouw bij de put, met de zussen Maria en Martha die hun broer Lazarus moesten missen en vele anderen. In de eerste vijf hoofdstukken van Ontmoetingen met Jezus gaat het over deze gesprekken of ontmoetingen. Keller noemt ook nog een andere reden waarom deze ontmoetingen boeiend zijn. “In veel ervan zien we Jezus ingaan op de grote, universele ‘wat is de zin van het leven’-vragen (…).” Rond deze levensvragen en ontmoetingen zijn de eerste vij