Recensie Gereformeerde hermeneutiek vandaag
Wat moet ik als leek (niet theoloog) nu met een
onderwerp als hermeneutiek? Inderdaad weinig tot niets. Ik parkeerde het
onderwerp dan ook als niet zo relevant voor mijn geloof en verdiepte mij er dus
niet in. Ik had het boek Gereformeerde hermeneutiek vandaag ooit wel aangeschaft
maar ongelezen weggezet in de boekenkast.
Een aantal maanden geleden echter wees iemand mij op een
recensie en een daaropvolgende briefwisseling over hermeneutiek in het
Reformatorisch Dagblad (=RD). Die verwijzing deed hij om mij onder de aandacht
te brengen hoe verkeerd de nieuwe hermeneutiek zou zijn. Dat maakte mij
nieuwsgierig. Zoals Huijgen het onder woorden bracht (in zijn interview met Adries Knevel): ‘Als je nou nieuwsgierig bent en iemand zegt iets waarvan je
denkt: hoe kun je dat nu ooit zeggen, dan kun je zeggen die ander heeft geen
verstand of hij ziet het helemaal verkeerd, maar je kunt je er ook in verdiepen.’
Ik heb de recensie en de briefwisseling opgezocht en gelezen. En nog eens
gelezen. Er over nagedacht, er mee geworsteld, van wakker gelegen. Kort gezegd: ik heb mij er in verdiept en nu doe ik een poging om in een aantal
blogs mijn gedachten onder woorden te brengen.
Het gaat over de recensie van dr. G.A. van den Brink in het
RD van 28 september 2019 over het boek Gereformeerde hermeneutiek vandaag.
Van den Brink gebruikt allereerst de drie woorden uit de titel van het boek om
zijn recensie te schrijven.
- Hermeneutiek: De auteurs van het boek geven een andere invulling aan dit begrip dan de traditionele betekenis van het woord hermeneutiek.
- Vandaag: De auteurs willen daarmee volgens Van den Brink zeggen dat de hermeneutiek van vandaag ander is dan die van vroeger.
- Gereformeerd: Van den Brink vraagt zich af wat de auteurs met dit woord bedoeld hebben. Hij vermoed dat ze daarmee bedoelen dat wie vandaag nog gereformeerd wil zijn van hermeneutiek moet veranderen. Ze bedoelen er volgens Van den Brink in ieder geval niet de optie mee ‘we sluiten ons aan bij de hermeneutische principes die in de gereformeerde tradities altijd normatief zijn geweest’.
Het geven van een andere betekenis aan het begrip
hermeneutiek heeft volgens Van den Brink tot gevolg dat je in het boek niet
vindt wat je zou verwachten: vragen over onfeilbaarheid van de Bijbel, het
principe van ‘sola Scriptura’ het gezag van de Schrift, of het zelfgetuigenis
daarvan.
Hij schrijft dat de TU-bezinningsreeks bedoeld is voor vooral
predikanten en geïnteresseerde gemeenteleden, terwijl zeker hoofdstuk 2 van het
boek (kernhoofdstuk – geschreven door Burger) ‘onverstaanbaar’ is en dus niet
geschikt voor geïnteresseerde gemeenteleden.
Ook krijgt Van den Brink de indruk dat er in het boek sprake
is van een andere visie op de openbaring. De aandacht van de betekenis van de
tekst (Gods spreken in Zijn Woord) is verlegd naar de betekenis voor de
gelovige.
Zijn conclusie en beoordeling is dan dat het boek onder de
maat is (mijn typering). In de recensie wordt weinig tot niets in het boek (en
dan vooral hoofdstuk 2 van het boek omdat zijn recensie met name daarop is
gericht) als positief aangeduid. De recensie komt op mij over als ‘zakelijk’
met hier en daar een negatief beoordeling of waardering. Het woord
‘zorgwekkend’ noemt Van den Brink zelfs in zijn recensie. In de hierop volgende
briefwisseling typeert Van de Brink zelf zijn recensie als ‘kritisch’ en
‘verontwaardigd’.
Reacties
Een reactie posten