Het ego
In het boek Revolutie binnen de relatie maakte ik kennis met een uitgebreide omschrijving van het ‘ego’. Boswijk-Hummel schrijft daar dat het misgaat op het moment dat je je (bij je groei naar volwassenheid) gaat identificeren met je ego. Je ego wordt dan je onechte ik.
Onechte, denkbeeldige, valse ik
Tolle schrijft in De kracht van het Nu ook
uitgebreid over het ego. Tolle omschrijft eerst de term ‘ego’: “(…) als ik het
in deze context gebruik, staat het voor een onecht ik, ontstaan door de
onbewuste identificatie met het verstand”. Je ‘onecht zelf’ – “als vervanging
voor je ware zelf”. “Bij het opgroeien vorm je een mentaal beeld van wie je
bent op basis van je persoonlijke en culturele conditionering. We kunnen dit
denkbeeldige ik het ego noemen.” Tolle noemt ego ook wel “het valse, door het
verstand gemaakte zelf’.
Gevaar - angst
“Zoals gezegd word je bovendien door je ego geleefd
zolang je je met je verstand identificeert. Het ego voelt zich vanwege zijn
schimmige natuur erg kwetsbaar en onveilig. Ondanks allerlei doorwrochte
verdedigingsmechanismen heeft het steeds het gevoel bedreigd te worden.” Het
ego geeft steeds maar weer aan het lichaam door: gevaar. En de emotie die
daarbij hoort is angst.
Niet thuis voelen bij jezelf
“Zolang het op het ego gerichte verstand de touwtjes van
je leven in handen heeft, kun je je niet echt thuis voelen bij jezelf.” “Omdat
het ego een afgeleid zelfgevoel is, moet het zich identificeren met uiterlijke
dingen. Het moet voortdurend zowel verdedigend als gevoed worden.” Maar je bent
niet die uiterlijke dingen. Die zijn niet je echte ik of je ware zelf.
Pijn en je ego
“In wezen zijn alle emoties afgeleiden van een
ongedifferentieerde oer-emotie die ontstaat door verlies van de notie wie je
behalve je naam en vormt bent.” Die oer-emotie geeft Tolle de naam ‘pijn’. “Een
van de belangrijkste taken van het verstand is deze emotionele pijn te
bestrijden of te verdrijven, (…).” “Maar het enige wat het kan doen is de pijn
tijdelijk versluieren. In feite wordt de pijn groter naarmate het verstand
harder vecht om van de pijn af te komen.” “Je kunt niet van de pijn af totdat
je ophoudt je gevoel van identiteit te ontlenen aan de identificatie met je
verstand, dat willen zeggen met het ego.”
Ware liefde
Boswijk-Hummel schrijft in bovengenoemd boek over
‘communicatie en liefde op wezenlijk niveau’. Ook bij Tolle vind ik dit terug.
“Als je in een relatie zowel ‘liefde’ als het tegendeel van liefde – agressie,
emotioneel geweld, enzovoort – ervaart, verwar je gehechtheid aan het ego en
een verslavend je vastklampen waarschijnlijk met liefde.” “Ware liefde heeft
geen schaduwkant. Als jouw ‘liefde’ er wel een heeft, dan is het geen liefde
maar een sterke behoefte van het ego aan een completer en dieper zelfgevoel,
een behoefte waarin de ander tijdelijk voorziet. Het is het surrogaat van het
ego voor de verlossing, en korte tijd voelt het ook bijna als verlossing.”
Massieve stellingname
Ook echte of geweldloze communicatie krijgt bij Tolle
aandacht. “Als je je met een bepaalde mentale stellingname identificeert en je
krijgt ongelijk, word je op het verstand gebaseerde zelfgevoel met uitroeiing
bedreigd. Je kunt het je als ego dus niet veroorloven ongelijk te hebben.
Ongelijk hebben staat gelijk met doodgaan. Daar zijn oorlogen over gevoerd en
ontelbare relaties op stukgelopen. Zodra je de identificatie met je verstand
(AG: je ego) hebt losgelaten maakt gelijk of ongelijk krijgen niets meer uit
voor je zelfgevoel.” “Als de identificatie met mentale standpunten uit de weg
is, kan de echte communicatie beginnen.”
Reacties
Een reactie posten